Woest was ze, woest.
Ze had geleerd om zich kwetsbaar op te stellen en voor haar behoefte uit te komen en steeds als ze op zijn deur klopte, bleek hij niet thuis.
Lang was hij verbaasd over haar woede, waar kwam dat toch vandaan? Vanwaar ineens het beroep op hem om haar op te vangen? Toen ze elkaar 25 jaar geleden ontmoetten was zij heel zelfstandig. Dat vond hij juist zo leuk aan haar, haar autonomie en nu…? Hij begreep het totaal niet.
Twee mensen die onnoemelijk veel van elkaar houden, maar elkaar in de loop van de jaren steeds minder begrepen. Ik stel voor om het koppel een aantal keer afzonderlijk van elkaar te spreken met tussendoor gezamenlijke evaluatie momenten. Tijdens de gezamenlijke sessies maak ik gebruik de van lichaamsgerichte werk methode. De reis is begonnen.
Niet alleen van dit koppel, ook mijn reis start bij ieder koppel opnieuw. Opnieuw word ik geconfronteerd met mijn eigen thema: de polariteit tussen samensmelten en autonomie. Ik herinner me hoe hard ik vroeger werkte om waardering (lees aandacht) te krijgen van mijn vader. Hoe ‘werken’ bij ons thuis als grootste goed werd beschouwd. Terwijl ik tijdens de sessies contact maak met dat gevoel, voel ik dat ik autonomer word en vanuit die plaats vragen kan stellen aan haar.
Zij opent en vertelt over de relatie met haar vader. Hoe ze zijn prinses was, dat ze voor hem danste en piano speelde, hoe hij klapte waardoor ze nog harder ging oefenen. Op zijn uitvaart speelde ze een eigen gecomponeerd stuk. Woorden had ze niet. Meer en meer besefte ze nu hoe ze hem mist en hoe hard ze was gaan werken om dat niet te hoeven voelen. Onbewust vroeg ze haar vriend dat gat te ‘vullen’. Hij moest voor haar gaan zorgen, ze kon het niet (meer) alleen. Haar vriend stond machteloos, dit kon hij onmogelijk goed maken.
Tijdens de gesprekken met hem werd ik geraakt door zijn onvoorwaardelijke liefde voor haar. Hij zou alles voor haar geven, maar het antwoord op haar vraag had hij niet. Machteloos bleef hij achter. Was dit het einde van de relatie? Voorheen deed ze nooit zo’n groot appel op hem. Zij redde zich alleen. Nu leek het om leven of dood te gaan, zo boos was ze vaak op hem.
Zijn moeder was een introverte gevoelige vrouw en is op jonge leeftijd van zijn vader gescheiden. Hij en zijn zusje bleven bij moeder wonen. Zijn moeder sprak niet over haar verdriet, maar hij zag wanneer hij uit school kwam hoe ze zich voelde. Hij had er alles voor over om het verdriet bij moeder weg te halen, alles. Op school werd hij gepest, maar thuis kon hij helpen. Ineens voelde hij de overeenkomst. Weer was hij wat aan het oplossen dat buiten zijn bereik lag.
Tijdens een opstelling werd het hem duidelijk. Hij maakte contact met zijn eigen pijn, de pijn voor afwijzing en voelde dat zijn schouders ontspande. Hij werd rustig en tegelijk daadkrachtig. Ik heb er weer zin in, zei hij hardop. Zijn vriendin stond tegenover hem en glimlachte verliefd. Sorry schat, zei ze zachtjes, ik vraag te veel om zelf niet te hoeven voelen. Hoewel het 15 jaar geleden is, mis ik papa nog steeds, dat kan jij niet opvullen dat moet ik zelf verwerken. Dank je, dat je me dit laat voelen en dat je me meenam in dit traject.
Doordat ze beide apart gesprekken hadden, ontstond er inzicht in ‘verborgen’ liefdespatronen die hun relatie vertroebelde. In contact met elkaar en tijdens de opstelling herstelde de eigen kracht en verantwoordelijkheid voor hun gezamenlijk traject. En ik herinner me weer de opmerking van Wibbe Veenbaas: het leven moet voorwaarts geleefd en achterwaarts begrepen worden. Ook voor mij als therapeut, keer op keer.